Achtegrond
bij het (ontstaan) van het materiaal op deze site
Jan Engelen
Badhoevedorp 29 juli 2024
"Wat
voor soort denken is geloven eigenlijk?" Van 1964 tot 1970 is dat
de vraag die mij als student filosofie en later theologie regelmatig,
in feite voortdurend bezig houdt. Een van de leidinggevende docenten
op het Institut Catholique, Rue d'Assas in Parijs zegt daarop in september
1970: O la, la, la! C'est bien quelque chose! Dat is nogal
wat!
Per
augustus 1971 word ik benoemd als katecheet op De Voorzienigheid,
destijds
een Katholieke Pabo, op de Lauriergracht in Amsterdam.
Er bestaat voor katchese op de katholieke Pabo's geen landelijk studiemateriaal.
Ik begin binnen het kader van kathechese op de katholieke Pabo's en in
het katholieke basisonderwijs, met het verkennen van geloven. Wat
is dat?Waar gaat het over?
De katholieke wereld in Nederland ziet in die dagen anders uit dan rond
het eerste kwart van de 21e eeuw. Hoe kan ik woorden en manieren van werken
vinden. Welke vragen geloven, kerk en onderwijs kun je stellen en hoe
kun je daarmee omgaan? Maar een groep studenten vraagt na een half jaar,
wonderlijk, of ik ook eens een bijbeltekst wil behandelen. Dat is niet
aan dovemansoren gezegd.
Ik begin met Johannes 7. De verbazing bij de 18/19jarigen dames en heren
die zich voorbereiden op het basisonderwijs is groot. Voor de studenten
wordt duidelijk: een bijbelverhaal gaat niet over "braaf zijn en
je best doen". Een bijbelverhaal heeft een structuur, doet beroep
op je creativiteit, op je aanvoelen en je begrip, op jou, en nodigt je
op een of andere manier uit. Daar zien zij wel mogelijkheden voor onderwijs
in! Kinderen kunnen zich uitleven in verhalen, en kunnen een eigen weg
vinden in de wereld van die verhalen met alles wat daarin ter sprake komt.
Katechese op de basisschool kan kinderen vertrouwd maken met de verhalen
en met alles wat die verhalen je kunnen leren.
Onderwijsgevenden mogen volgens mij in ieder geval niet
bang zijn voor bijbelverhalen, want zij zijn de bron voor een wereld waarin
ook geloven ter sprake kan komen of een rol speelt. Van nu af aan is heel
mijn onderwijs erop gericht, studenten vertrouwd te maken met bijbelse
matrialen en de bijbelse, Joodse en Christelijke tradities daaromheen.
Zo ontstaan teksten en werkvertalingen. Dat alles leidt tot het ontstaan
van massieve readers. Wanneer de informatica haar intrede doet in het
onderwijs leiden deze readers tot deze site: teksten bij colleges, maar
ook bijvangst, sprokkelwaar, later ook preken en aantekeningen die betekenis
kunnen hebben voor mensen die eigenlijk wel een beetje willen weten wat
we eigenlijk doen wanneer we geloven. Waar kom je het tegen en waarin
uit het zich? De site wordt uiteindelijk het archief van mijn bezig zijn
voor school en kerk.
Misschien
is daarmee ook een eerste antwoord gegeven op de vraag aan het begin van
deze introductie.
Geloven is in ieder geval een na-denken, waarbij je 'na'
ook moet opvatten als een mededeling "van tijd". Eventueel:
ik sta hier en nu stil bij wat aan mij voorafgaat. Zoiets is ook te herkennen
in het woord re-flecteren.
Wat voorafgaat zijn de verhalen al dan niet geschreven, of geschreven
hadden kunnen zijn, want "de tijd" met al zijn bronnen en mogelijkheden
voor het hier en nu, staat niet stil zolang je leest en leeft. Ook de
Schrift hoort daarbij. Voortdurend dus ook leren hoe je kunt horen
en je dat soms realiseren - realiteit-voor-jou laten worden, even toch
ook getuige zijn.
Als rationaliteit heeft geloven (ge-love-n) de ratio
van goede muziek, goed theater, een samenhang die jou mee kan nemen en
elders, dus ook hier en nu, plaats kan aanbieden, - of is het de ratio
als van een mens die of dat je ontroert.
|